Brede basiszorg: Gedrag & Emotie

Hoe kan een school elke leerling kansen geven om zich op gedragsmatig en emotioneel vlak op eigen tempo te ontwikkelen?

In het kort

Hoe kan een school elke leerling zoveel mogelijk leerkansen geven op vlak van gedrag en emotie? Alles start met het creëren van een positieve en veilige leeromgeving. Op school wordt een emancipatorische houding bij leerkrachten gestimuleerd en gebeuren er tal van initiatieven om een leerlinggericht schoolklimaat uit te bouwen. Op deze manier ontwikkelen kinderen en jongeren sociale bindingen met de school en met de samenleving. Gedrags- en emotionele problemen bij leerlingen en interactieproblemen tussen leerlingen en leerkrachten vormen een grote uitdaging voor het onderwijs. Elke school speelt een belangrijke rol in het voorkomen van en omgaan met probleemgedrag.

De school heeft een doordachte visie en beleid omtrent het stimuleren van de socio-emotionele ontwikkeling en preventie enerzijds en het omgaan met gedrags- en/of emotionele problemen anderzijds. Dit beleid vertrekt vanuit de leergebiedoverschrijdende eindtermen voor het lager onderwijs en vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen voor het secundair onderwijs en wordt vormgegeven en aangepast naar de wisselende noden van de algemene populatie van de school.

Hierbij is het wenselijk om bepaalde preventieve ideeën en interventies mee te nemen:

  • Inzetten op sociale vaardigheden en competenties verwerven
  • Leren omgaan met emoties
  • Gedragsregels opstellen en opvolgen
  • Een pestbeleid en speelplaatswerking opzetten
  • Afwezigheden en spijbelen opvolgen
  • Leerlingen leren omgaan met conflicten

De meest effectieve preventie van gedrags- en emotionele problemen is een goede aanpak in de klas. Het gedrag van leerlingen wordt in belangrijke mate bepaald door de context en de kwaliteit van de interacties tussen medeleerlingen en leerkracht(en). Het pedagogisch handelen, het didactisch handelen en het klasmanagement van de leerkracht en de leerkracht-leerlingrelatie hebben een grote invloed op het bevorderen van gewenst gedrag. Enkele facetten hiervan zijn:

  • Werken aan een positieve relatie met elke leerling
  • Communiceren met leerlingen
  • Bevorderen van gewenst gedrag

Om de leerkracht goed te ondersteunen in deze opdracht dient er ruimte te zijn voor professionalisering van het team en onderlinge feedback om de competenties te verhogen. Aangezien  het gedrag van leerlingen ook een weerslag heeft op de leerkracht als persoon is ondersteuning of coaching aangewezen. Zelfreflectie is tenslotte ook een sterke methode om inzicht te verkrijgen in het eigen gedrag.

Er bestaan tal van initiatieven om een leerlinggericht schoolklimaat uit te bouwen. Leerlingen die een gevoel van veiligheid hebben, eenduidige informatie ontvangen over schoolse afspraken/regels en zich betrokken weten, voelen zich beter op school, wat de kans op gewenst gedrag verhoogt.

Het creëren van die verbondenheid tussen school en leerling start bij een ‘zorgzaam’ inschrijvingsgesprek. De inschrijving is de eerste kennismaking van ouders en leerling met de school. Bij een leerling met specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften, wordt extra aandacht besteed aan de communicatie met ouders tijdens dit gesprek.  Wanneer een schoolverandering plaatsvindt op hetzelfde onderwijsniveau dient dit voor de leerling gezien te worden als nieuwe kans om negatieve interactiepatronen te leren doorbreken en nieuwe adequate omgangsvormen te verwerven.

Na de inschrijving volgt de school alle leerlingen op qua sociaal-emotionele ontwikkeling. Er is aandacht voor allerlei signalen dat een leerling het moeilijk heeft, zoals frequente huilbuien, agressie of uitstelgedrag. Reeds genomen maatregelen of specifieke (leer)doelen die voor een leerling of een groep leerlingen zijn uitgewerkt, worden regelmatig geëvalueerd. Daarbij is er aandacht voor de effecten van deze maatregelen en eventuele bijsturingen.

Naast de schoolcontext spelen ook de leerlinggebonden, de maatschappelijke context en gezins- en leefcontext een belangrijke rol. Samenwerking tussen deze contexten is dus van belang.

Brede basiszorg G&E
Verhoogde zorg G&E Uitbreiding van zorg G&E IAC/OV4 G&E

IAC/OV4 G&E

IAC/OV4 wordt niet uitgewerkt voor dit protocol. Hiervoor verwijzen we naar het ADP.

Klik op een fase om verder te navigeren door het zorgcontinuüm.

Ouders en school zijn samen verantwoordelijk voor de socio-emotionele ontwikkeling van de leerling. Wanneer leerlingen merken dat hun leerkrachten en directie een open houding en goede verstandhouding hebben met hun ouders (en omgekeerd), zullen ze opdrachten, regels, waarden en normen van de school gemakkelijker aannemen en ook meer belang hechten aan wat hen op school bijgebracht wordt. Indien dit niet het geval is, is de kans groter dat deze leerlingen het schoolse minder belangrijk vinden of zelfs (deels) verwerpen. Een goede relatie met ouders in deze fase vergemakkelijkt het bespreekbaar maken van eventuele gedrags- en emotionele problemen in een latere fase.

Opbouw van de tekst

1. Organisatie van het zorgbeleid 

  • Sociale vaardigheden en competenties verwerven
  • Leren omgaan met emoties
  • Gedragsregels opstellen en opvolgen
  • Een pestbeleid en een speelplaatswerking opzetten
  • Afwezigheden en spijbelen opvolgen
  • Leren omgaan met conflicten

2. Vorming en ondersteuning van het schoolteam

3. Onthaal- en inschrijvingsbeleid

4. Zorg binnen de klas

  • Werken aan een positieve relatie met elke leerling
  • Communiceren met leerlingen
  • Bevorderen van gewenst gedrag; 

5. Opvolging van alle leerlingen

6. Samenwerking met de ouders

7. Samenwerking met de leerlingen

Klik hier voor de volledige tekst van de brede basiszorg binnen het protocol Gedrag en Emotie.

Aan de slag

Leer bij

Nog meer weten

Bekijk het theoretisch deel voor nog meer informatie.

Inhoudsopgave

Vind sneller de inhoud waarin u geïnteresseerd bent op deze pagina:

  1. In het kort
  2. Aan de slag
  3. Leer bij
  4. Nog meer weten